Vrouw wil agressieve partner niet meer als man
04/12/2020 04:04
-
Van onze redactie

PARAMARIBO -
“Laat hij apart gaan wonen. Ik wil hem niet meer in huis en heb ook graag dat hij me niet meer lastigvalt”, zei een getuige donderdag in de rechtbank. Dit was haar antwoord op een vraag van officier van justitie Roline Gravenbeek, die van de vrouw zelf wilde weten wat zij graag met haar man, Gilbert P., ziet gebeuren. De verdachte staat terecht voor zware mishandeling subsidiair bedreiging tegenover zijn echtgenote.
Het koppel is al meer dan 25 jaar samen, gehuwd en heeft twee
meisjes. De vrouw heeft bij de politie verklaard dat ze tussen
januari 2018 en oktober dit jaar heel vaak is mishandeld en
bedreigd door haar man. Ze vreest voor haar leven. Als redenen voor
zijn gedrag noemde de vrouw onder meer vermoedens van haar partner
dat zij voor hem uitloopt en omgekeerd. Ook wordt hij agressief
wanneer iets wat ze heeft gezegd hem niet bevalt.
Het is ook voorgekomen dat de man haar voor hun kinderen heeft
mishandeld wat volgens de vrouw traumatische gevolgen heeft gehad
voor één van de meisjes. Ze is onder behandeling van een
psychiater. Echter, de verdachte beweerde dat zijn dochter niet
door de thuissituaties in de war is geraakt, maar om een andere
reden. De rechter verwees daarop naar verklaringen die het kind
zelf bij de politie heeft afgelegd dat ze moe is geworden van de
situatie en daarom bij haar oma wilde gaan wonen.
Gilbert P. ontkende niet dat hij zijn partner mishandelde en
agressief gedrag vertoonde, maar hij zei dat hij elke keer weer
ervoor zorgde dat het weer goed kwam. "We zijn vredelievend, ik doe
steeds water bij de wijn." Zijn partner beaamde dit zelf ook, maar
het gedrag van de man is blijvend.
De kantonrechter merkte op strenge toon op dat Gilbert P. een
gedragsprobleem heeft waaraan hij moet werken. "U verstoort de orde
in huis en dat u het elke keer goedmaakt, maakt de boel niet goed."
Gilbert P. betuigde spijt en vroeg om een kans zodat hij kan werken
aan zijn gedrag, maar de vrouw ziet dat niet zitten. "Ik ben moe
geworden", zei ze met een mistroostige blik.
Het Openbaar Ministerie heeft twaalf maanden gevangenisstraf,
waarvan vijf voorwaardelijk onder aftrek, geëist en een proeftijd
van drie jaar. Als bijzondere voorwaarde is voorgesteld dat de
verdachte tijdens zijn detentie door de Forensisch Maatschappelijke
Zorg wordt begeleid. Op 7 januari 2021 doet de rechter een
uitspraak.
Gerelateerde artikelen